Verstandig omgaan met de open ruimte

02 Mei 2014

In 1976 was Vlaanderen voor 10% volgebouwd. Vandaag voor meer dan een kwart. Als we aan dit tempo voortdoen, zal in 2050 meer dan 40% volgebouwd zijn. Dat het zo niet verder kan, daar zijn velen reeds van overtuigd. Nochtans slaagt de Vlaamse regering er niet in een beslissing te nemen en tilt het dossier over de verkiezingen, reden "geen draagkracht". Toen minister van ruimtelijke ordening Philippe Muyters in een dubbelinterview met Vlaamse bouwmeester Peter Swinnen op 8 oktober 2012 stelde dat "afgelegen wonen moet duurder worden" klonk boegeroep. De aanzet van het boegeroep is duidelijk, de Vlaming wordt hier diep getroffen. Verkavelingen hier en daar, lintbebouwing, een grote tuin zijn nu eenmaal een vast gegeven in het Vlaamse landschap. Dat het anders kan maakt bijvoorbeeld een reisje naar Nederland duidelijk. Of het daar nu beter is kan een onderwerp voor discussie zijn. In ieder geval werd er veel planmatiger, efficiënter en goedkoper gebouwd en blijft er veel open ruimte over. In Vlaanderen daarentegen heerst volgens socioloog Eric Corijn nog steeds een "anti stedelijke mentaliteit". Ondertussen is zowat de helft tot twee derde van de woonuitbreidingsgebieden reeds volgebouwd. Nieuwe verkavelingen steken her en der de kop op. Spijtig genoeg worden deze verkavelingen nog al te dikwijls volgens de oude principes ingevuld: de auto, liefst twee per gezin, blijft de hoofdrol spelen. Oude verkavelingsplannen worden uit de kast gehaald en wat opgefrist. Zelden hertekent men de verkaveling naar de principes die sinds een paar jaar opgang kennen. Dikwijls ontbreekt het aan lef om de stedenbouwkundige voorschriften aan te passen. Nochtans kwam de uitspraak van Muyters niet uit de lucht gevallen. Ambtenaren en een groep experten bogen zich over het probleem. Met de 2de staathervorming werd in 1980 de bevoegdheid ruimtelijke ordening overgeheveld naar Vlaanderen. Het ruimtelijk structuurplan Vlaanderen (RVS) dat moest remediëren aan alle kwalen van de voorheen Belgische ruimtelijke ordening bracht echter geen Vlaams soelaas. Op 4 mei 2012 keurt de Vlaamse regering dan ook het Groenboek "Vlaanderen in 2050: mensenmaat in een metropool?" goed. Een experten forum stelt tien breekpunten voor om het ruimtelijk beleid in Vlaanderen op relatief korte termijn om te draaien en tot een duurzaam gebruik van de open ruimte te komen. Deze breekpunten klinken Groen als muziek in de oren: de voorraad aan bouwgronden en industriegronden is voldoende groot, wonen ? werken ? mobiliteit moeten in één planningsproces worden opgenomen in plaats van in drie verschillende, concentratie in plaats van versnippering, logistiek losgekoppeld van wegtransport. Op 3 mei '14 meldt minister Muyters echter dat het dossier ruimtelijke ordening naar de volgende regering verhuist. Het in oktober 2013 beloofde Witboek wordt alzo over de verkiezingen getild. De reden hiervoor is het gebrek aan draagkracht. Of is het misschien gebrek aan daadkracht om tegen het boegeroep in te gaan?  "En de Vlaming, hij verkavelde voort" blokletterde De Morgen op 12 oktober 2012, vier dagen na het bewuste dubbelinterview.